De enige echte Sinterklaas en zwarte Piet
Zondagavond 3 december 1951
We vieren gezamenlijk Sinterklaas bij een familie (de
Leeuw?) in de Holendrechtstraat 9 op de 2e etage.
Raar dat nu de Sint elk moment op bezoek kan komen m’n vader
zo nodig een kleed ergens aan ’t ophalen is. En ook ome
Flip, Hans Heil z’n pa, is er ook al niet. Ik ben daardoor
weliswaar van m’n padje maar dat belet me niet om uit volle
borst ’t complete Sint repertoire achter elkaar richting
schoorsteen en potkachel te brullen.
Vreemd denk ik dat m’n vriendje Hans en al die andere
kinderen in de kamer zo rustig zijn, terwijl ik van de
zenuwen van m’n ene bil op de ander blijf wippen. |
 |
Daaaaaaar
wordt aan de deur…. Nou geklopt….er wordt op de deur geramd!
En zwarte Piet valt tegelijkertijd met de deur, half op z’n
handen lopend, de huiskamer op 2 hoog binnen.
PPPPPPPuhhhhhhh…… Piettttttt! roep ik nadat ik van de schrik
bekomen ben. En ik zie dat de hand van Pietermanknecht diep
in de Spaanse (Spaanse eigenheimers van groenteman DOP)
jutezak verdwijnt en vervolgens met een zwier een lading
pepernoten en snoepgoed de kamer in lanceert.
De Sint komt binnen en neemt, onder begeleiding en toezicht
van de vrouw des huizes, in de mooiste fauteuil plaats. Na een
goed glas rode wijn en een borrel voor Piet, neemt de Sint
het woord en vertelt aan de hand van het dikke rode boek aan
de goegemeente hoe het er per persoon qua goed en kwaad
voorstaat. Ik schijn redelijk lief te zijn geweest maar
krijg wel van de Sint te horen dat ik met luilak geen
buitendeuren meer met de knoppen aan elkaar dicht mag binden
en dat het me ook niet meer is toegestaan om op 3 hoog aan
te bellen en te roepen: Mevrouw heeft u een katje? Neehee?
Weg is dan uw matje.
Piet! Ja Sint geef die jongen een paar tikken met de roe en
laat hem beloven dat ie het nooit meer doet. Na drie tikken
op m’n plusfour beloof ik beterschap.
De Sint strijkt z’n hand over z’n tabberd en ik krijg een
pakje uit de zak met cadeaus.
Ik pak het pakje uit en m’n oudere broer Paul begint
onbedaarlijk te lachen bij het zien van het voor mij
onbekende apparaat. Waarom m’n broer zo lacht weet ik, dan
nog niet.
Zie je niks? Zegt Hans Heil me als alle cadeaus door de Sint
zijn vergeven.
Watte? vraag ik.
Zie je echt niks? vraagt Hans Heil me nu voor de derde keer.
Nee watte dan? antwoord ik.
Herken je zwarte Piet echt niet?
Nee zeg ik, terwijl ik ja bedoel, want voor mij is het
gewoon zwarte Piet.
Nee joh, kijk eens goed, het is je vader en de Sint is mijn
vader.
Ik tuur en tuur maar zie met geen mogelijkheid een
gelijkenis met m’n vader Joop en me ome Flip.
Oh ja in de klas hoor ik wel af en toe dat de Sint niet
echt, maar dat ’t een verklede kerel is.
Maar dat zeggen ze alleen maar om stoer te doen.
Als de Sint, en die weet alles, hunnie der op aanspreekt nou
dan doen ze het van angst vast in hunnie der broek en
krijgen ze mooi niks van de Sint.
Ik kijk naar de Sint en zie dat de Sint nog een glas rood
geserveerd krijgt. Heerlijk! Onderwijl z’n snor afnemend. Zo
dat drinkt een stukje makkelijker. En…waar is Piet? denk ik.
Piet komt half afgeschminkt, z’n oren zijn nog zwart, de
kamer binnen. En verdomd als het niet waar is, het is m’n
vader, echt.
En in de Sint, nu ook ontdaan van mijter, pruik en baard is
echt m’n ome Flip. Ja jongen troost m’n moeder me nu het
Sintsprookje voor mij voorbij is. Eens moest het er van
komen dat we je zouden vertellen dat Sinterklaas niet echt
bestaat en meer een soort sprookje is. Oh was het enige wat
ik kon uitbrengen. Maar we hebben een verassing voor je.
Morgen mag jij, als zwart Pietje met Hans, Oom Flip en nog
een heleboel kinderen mee doen met een Sinterklaas optocht
en daarna met een Sinterklaasfeest.
 |
Die avond voor het slapen gaan (een koude uitbouw in de
tuin) pakte ik het vreemde cadeautje en m’n broer Paul begon
me lachend uit te leggen wat het was. Het is een gyroscoop,
dat is een soort tol die als je hem opwind en daarna loslaat
dan kan ie overal op balanceren zonder te vallen.
Kijk hier maar op het doosje, hier op deze foto staat de
gyroscoop te balanceren op de rand van een glas. |
Ik wond de gyroscoop op, pakte een waterglas en zette het
ding op de rand van het glas. Prrrrrrrr en met een klap viel
de gyroscoop dwars door het glas heen een hoop splinters
achterlatend. M’n broer gierde het uit van het lachen. Wat
bleek hij had de gyroscoop een paar jaar daarvoor in z’n
schoen gehad, maar nadat hij het ding een paar maal had
laten vallen was de as zo krom geworden dat van de geheime
gyroscoop niks dan schroot overgebleven was. M’n broer had
gewoon bij wijze van grap het ding als extra cadeau voor mij
in de zak van de Sint gedaan.
Die nacht droomde ik van m’n komende avonturen als zwarte
Piet.
De volgende dag ’s morgens vroeg kregen we morenpakjes aan
bij de kledingverhuur winkel op het Sarpahtipark. Daarna in
de donkere schmink en vervolgens in optocht door de van
Woustraat naar de dansschool aldaar, waar nu een grote
beddenzaak is.
In de jaren daarna heb ik samen met Oom Flip Heil, voor mij
nog steeds de enig echte Sinterklaas van Amsterdam, zijn
zoon Hans en m’n vriendjes nog vele malen als zwarte Piet
mogen optreden. Zelfs een keer toen de auto met snoepgoed
tijdens een optocht over m’n voet gereden was.
Gelukkig is wel dat de plaats van wijle Oom Flip Heil door
een nieuwe Sint is overgenomen. En weet je wat het de
laatste tijd met mij is? De Sint komt mij, toen ie naar me
zwaaide, zo bekend voor.

Zou ie………?????
Hoop er op z’n verjaardag 5 december achter te komen.
Peter Koghee -
3 december 2010
peterko
(at) xs4all.nl
<< terug naar index Peter Koghee <<
Terug naar de vorige pagina << |