Stadsgedicht uit Zuid 23 - Antigriep prik

voor mijn huisarts A. de Bruin Soetendaal – Amsterdam


Er danst veel virus in de buitenvelden van de
stad. Geen moederrivier wast dat nog weg met
handen van water en met ‘n ademend zonlicht.
Maar dan is er godlof de antistof. De zo dunne
naald dringt zich in m’n arm als tegenweer
omdat ik niet in de greep van griep wil raken.
De vaccineerder kijkt me aan. Is het gedaan?
Hij knikt: al. De prik vergt maar een ogenblik.
De perkamenten bladeren buiten vallen neer
en sterven in de herfst. En de virus, te zweef
en te zwerf in de buitenvelden van deze stad,
valt met hen mee. De vaccineerder glimlacht.
Fascinerend, zo’n prik van nee, van niks.

     
Karel NL Grazell
Amsterdams stadsdichter van Zuid

You have no rights to post comments