door Ruud Jansen
deze pagina bevat veel grafisch
materiaal, het kan dus even een tijdje duren voordat alle plaatje zichtbaar zijn
TASTBARE HERINNERINGEN
door Ruud Jansen
Hoe lang is het al geleden dat ik mn
eerste PC kocht? Tien jaar? Nee, meer, wel vijftien of twintig. Ik werkte nog en kon hem
toen aanschaffen via mn werkgever. Een mooie grijs exemplaar van Philips, voorzien
van een zwart-wit scherm en een matrixprintertje. Met een opslagcapaciteit van een paar
KB. Internet was nog ver weg en Emailen iets van een andere planeet.
Maar het ging allemaal sneller dan ik - en vele anderen - dachten en mede dank zij
mn zonen, kwam op een gegeven moment mn eerste verbinding met het telefoonnet
tot stand en kon ik faxen. Dat was het begin van het contact met de wereld om ons heen.
Met het groeien van al die andere mogelijkheden nam ook onze handigheid in de bediening
toe hoewel. Er is in het begin heel wat afgebromd door de zonen als pa of ma de computer
weer eens hadden laten vastlopen maar laat ik het afkloppen, de laatste jaren valt dat
mee.
En nu, anno 2006, hebben mn echtgenote en ik allebei een PC, met
breedbandverbinding, en omdat onze opslagcapaciteit al snel te gering bleek, zijn die
voorzien van 60GB extern geheugen voor mijn muziek en 200GB extern geheugen voor haar
videomontage.
Maar dat is nog helemaal niets vergeleken bij ons eigen geheugen. Toevallig zag ik een
film op België 2 over het menselijke lichaam. The human body, een prachtige documentaire
van de BBC, waarin ook de werking van de hersenen werd getoond.
Dat menselijke geheugen is toch een wonderlijk iets. Kan je het vermogen daarvan ook in
gigabytes uitdrukken en aan welke getallen moet je dan denken? En hoe werkt dat geheugen,
waarom onthoud ik sommige dingen wel en andere niet? Waarom heeft de een aan het simpele
doorlezen van een studieboek voldoende en moet een ander dagenlang blokken om de kennis
uit dat boek erin te stampen? Waarom vergeet de een snel wat hij meemaakt en kan een ander
zich moeiteloos allerlei feiten en gebeurtenissen van vroeger herinneren?
Het aardige is dat de meeste mensen meer weten over gebeurtenissen van vroeger dan ze
denken. Een klein duwtje is vaak voldoende. Door wat een ander vertelt, een boek, een foto
of een bepaald voorwerp komen allerlei hidden files weer tevoorschijn. Zo was ik weer
helemaal terug in de jaren 40-45 bij het lezen van het honderdste verhaal, van Kitty Vermist - Boermans, in Zuidelijke
Wandelweg, de website over de Amsterdamse Rivierenbuurt.
Omgekeerd is de oorlog voor mij ook verbonden met allerlei onderwerpen. Zo heb ik jaren
naar een exemplaar van het Boek voor de Jeugd gezocht. Het boek werd een paar jaar voor
het uitbreken van de oorlog uitgegeven, in een mooie, rode, linnen band en bevat honderden
verhalen, sprookjes, gedichten van Hans Andersen tot H.G. Wells en van Anton Coolen tot
Jack London, Mark Twain, Multatuli en Theo Thijssen.


illustratie uit Het boek voor de jeugd - vijfde druk 1947
Prachtig geïllustreerd en ik heb het tijdens en
na de oorlog letterlijk stuk gelezen. Om een of andere reden is het daarna verloren gegaan
en met het ouder worden groeide de spijt dat ik het niet meer bezat. Groot was de
verrassing toen mn oudste zoon er een paar jaar geleden mee aankwam. Voor mij
gekocht bij een handel in tweedehandse boeken. Weliswaar een druk uit 1947 maar evengoed
een kostbaar goed. Weet je dat ik alle verhalen nog kende? Niet letterlijk maar zeker qua
inhoud en bij het lezen stapte ik zonder moeite ruim zestig jaar terug in de tijd.
Sommige zinnen kon ik me zelfs nog letterlijk herinneren omdat ze door het onderwerp veel
indruk op me hadden gemaakt. Bij het doorbladeren viel het boek open bij een fragment dat
me altijd is bijgebleven. Het is het verhaal van Multatuli over Saidjah en Adinda en dat
begint aldus: Saidjahs vader had een buffel, waarmee hij zijn land
bewerkte. Het is een prachtig geschreven verhaal dat eigenlijk veel beter op deze
plaats had kunnen staan maar daarvoor is de relatie met de Rivierenbuurt toch te gering.
Zo gaat dat nu eenmaal.
Ik heb overigens een kleine verzameling van voorwerpen uit de oorlog en bij elk exemplaar
behoort natuurlijk een verhaal. Een daarvan is een groen Schuco autootje van blik dat ik
tijdens een Sinterklaas in 1941 of 1942 kreeg.

Schuco autootje
Oorspronkelijk was het uitgevoerd met een
metalen draad waaraan een klein stuurwieltje was bevestigd. Daardoor kon je het besturen,
tussen paaltjes door laten rijden en daar hield het wel zon beetje mee op. Maar voor
die tijd was dat bijzonder en voor de liefhebbers is het tegenwoordig een collectors item.
Dat autootje was ik net zoals ander speelgoed uit mn jeugd allang vergeten tot het
onverwacht weer opdook. Bij het overlijden van mn moeder, ze werd 96, moest
natuurlijk haar woning worden opgeruimd voor een volgende bewoner. Dat betekende kasten
leegmaken, verdelen onder de liefhebbers en nietsvermoedend opende ik op een gegeven
ogenblik een keukenla om deze leeg te maken. Mn verbazing om wat ik daar aantrof was
groot. Achterin, tussen wat keukenspulletjes, lag dat groene Schuco-autootje. Dat had ze
al die jaren bewaard en lag daar als het ware op me te wachten. Het staat nu op een
ereplaats in mn werkkamer. Als een herinnering aan die jaren veertig, aan het
verdriet dat die tijd ons bracht maar ook, het vreemd dat misschien klinkt, het geluk.

Tarwemeel van het Roode Kruis |

theesurrogaat |
Nog een aantal voorwerpen uit die tijd ontdekte
ik jaren geleden in het huis dat mn zwager in Hilversum kocht. Al gauw waren tijdens
de oorlog echte koffie, echte thee en echte tabak niet meer te krijgen. Dat betekende dat
er allerlei namaak, surrogaten dus, op de markt werd gebracht en ik heb in mijn
verzameling van tastbare herinneringen wat verpakkingen van deze genotmiddelen. De
inventiviteit was groot in die tijd, thee van braamblaadjes of lindebloesem, koffie van
cacaodoppen, eigenbouw tabak. Als bijzondere variant voor de rokers de bukshag. Gemaakt
van sigarettenpeuken en genoemd naar de verzamelaars die zich moesten bukken om op straat
weggegooide sigarettenpeuken te verzamelen. |

theesurrogaat |
Wat een tijd. Voor de volledigheid van de
verzameling zitten er ook Duitse pakjes bij en Rhodesia en Rum and maple cigarettes. De
laatste twee dateren waarschijnlijk van na de oorlog.

Kitty Vermist-Boermans noemt in haar verhaal ook
het wonderkacheltje en er wordt een bijzonder fraai exemplaar getoond. Er waren overigens
meerdere uitvoeringen in de handel. Ik kan me nog goed herinneren dat bij ons de haard die
op antraciet moest worden gestookt, naar zolder verhuisde en werd vervangen door een soort
allesbrander van het merk Salamander. Het wonderkacheltje dat bij ons zowel voor de
verwarming werd gebruikt als om te koken, werd in de hongerwinter boven op die kachel
geplaatst. Daar moest dan wel eerst het ronde bovendeksel van de kachel voor verwijderd
worden omdat er anders geen trek was. Beter gezegd alle rook dan in de kamer terecht kwam.
Voor de liefhebbers doe ik een bouwtekening bij dit verhaal.

Was er al graffiti in die tijd? Aardige vraag.
Gekken en dwazen schrijven hun namen op deuren en glazen leerden we op school. Maar dat
neemt niet weg dat kale muren wel eens werden gebruikt als communicatiemogelijkheid. Dat
Jan van Marietje hield maar ook, vanaf 1943, dat de Volewijckers kampioen van Nederland
waren. Bij dat laatste hoorde het hardop door ons gezongen wijsje over Ajax. Aa jee
aa iks, Ajax is een club van niks.
En verder zag je op veel plaatsen de met grote, witte letters gekalkte tekst waarin werd
geprobeerd om Nederland ervan te overtuigen dat ze toch maar goed af waren met de
bezettende macht. MUSSERT OF MOSKOU.

Duitse propaganda
Voor zover er dan toch nog twijfel overbleef was
er het aanplakbiljet waarin ons werd verteld dat het V-teken van Churchill de V van de
Duitse victorie was want die wonnen op alle fronten. De plaat van het voorbeeld is
overigens van Telefunken die er reclame mee maakte voor grammofoonplaten waaronder de
ViktoriaMarsch.
De bevrijding waar we al zolang naar uitkeken, kwam toch nog als een verrassing. In de
Vliegende Hollander werd uitgebreid beschreven, hoe deze tot stand was gekomen. Het
betreffende blad werd tijdens de laatste oorlogsjaren periodiek boven Nederland
uitgestrooid door Britse en Amerikaanse vliegtuigen. Het exemplaar dat ik bezit, heb ik
gevonden op ons landje, het terrein waar nu de RAI staat.

uitgestrooid door Britse en Amerikaanse vliegtuigen
Er braken maanden
aan met veel feesten, de scholen gingen weer volop draaien en er was weer voedsel.
Mondjesmaat overigens en het distributiestelsel met bonnen bleef nog wel even. Tot 1950 en
pas toen was het welvaartsniveau van 1940 weer bereikt. Maar we waren vrij en dat was het
belangrijkste. Er waren weer banden voor onze fietsen, via de distributie natuurlijk en na
een paar jaar ook weer fietsen. Exemplaren uit Frankrijk die geen beste naam hadden. Ook
zoiets waren de schoenen die al vrij vlot weer te koop waren. Leek heel wat tot je er mee
in de regen liep. De goedkoopste exemplaren hadden namelijk zolen van geperst karton en je
kunt wel raden wat daar mee gebeurde als ze nat werden. |
 |

distributiestelsel met bonnen tot 1950
Met de ontwikkeling van de amusementsmuziek
waren we tijdens de oorlog een beetje achterop geraakt maar daar werd via een inhaalslag
snel iets aan gedaan. Ik heb nog een paar Tuney Tunes uit die tijd met teksten van bekende
songs en nog veel meer.

Tuney Tunes uit 1947
We maakten kennis met Frankie Sinatra, Doris
Day, muziek van de band van Glen Miller en allerlei andere grootheden. Voor de
jazzliefhebbers herinner ik me namen als Benny Goodman met zn fameuze Carnegiehall
concert, Louis Armstrong, Ella Fitzgerald. Met voor de echte kenners de concerten van
Dizzy Gillespie in Nederland.

Ik begon mn opsomming van attributen met
een boek en ik eindig ook met een boek. De Vrije Musketiers is een jongensboek dat over de
bezettingstijd gaat. Ik kreeg het in 1947 voor mn verjaardag van de Stichting 40-45.
Ik gebruik er een paar stukjes
uit om dit verhaal af te sluiten.
Het begin beschrijft het uitbreken van de oorlog in mei 1940 en gaat als volgt:
Het waren niet de vliegtuigen en het
luchtafweergeschut, die Henk het meest verschrikten, maar de dreiging van de doordringende
sirene, toen hij in bed lag en de duisternis als een muur om hem heen stond.
Ik denk dat dit herkenbaar is voor iedereen die dat heeft meegemaakt en een
gebeurtenis die je nooit meer kwijt raakt. Nooit meer vergeet.
De zin waarmee het boek eindigt kan je als afsluiting van de oorlogsperiode beschouwen. En
gelijk als een nieuw begin. |
 |
Toen gingen zij heen, vastberaden, en
lieten de graven eenzaam achter in de duinen, waar de zee een eeuwig lied van weemoed en
vertrouwen zong en de wind strelend over de laatste rustplaats zweefde alsof de natuur de
doden troosten wilde met de belofte van haar eeuwige wisseling en standvastigheid.
Bijna zestig jaar later lijken we niet veel van
die oorlog geleerd te hebben. Een korte blik in de krant of het televisienieuws is
voldoende om te aanschouwen hoe men elkaar op vele plaatsen nog steeds naar het leven
staat.
Je kunt je afvragen hoe dat komt. Leren we het dan nooit of vergeten we de ervaringen uit
het verleden zo gemakkelijk? Of is er iets intrinsieks mis met het geheugen waarmee ik dit
stuk begon? Of zit t m niet in ons geheugen maar in de software waarvan we het
voorzien?
Ik moet het antwoord schuldig blijven.
Juli 2006
Ruud Jansen
ruudenlia@wanadoo.nl
Naschrift.
In het boek van de jeugd staat een fabel van Esopus die als antwoord misschien in
de buurt komt.
In dat verhaal werd de zwakke en mismaakte slaaf Esopus, die ook nog stotterde, te koop
aangeboden op de markt van de plaats Ephese in Klein-Azie. De kans dat er een koper
gevonden zou worden was onwaarschijnlijk omdat hij een plaats had gekregen tussen twee
zeer knappe slaven, Cantor en Grammaticus genaamd. De eerste had een prachtige zangstem,
de tweede was zo geleerd dat hij de hele Griekse spraakkunst uit zn hoofd kende.
Op een gegeven moment kwam er een koper opdagen, Xanthus genaamd, die zeer in aanzien
stond vanwege zijn geleerdheid. Hij bleef stilstaan bij het drietal en ondervroeg ze naar
hun kundigheden. Cantor en Grammaticus zetten hun beste beentje voor met het zingen van
schone liederen en de oplossing van taalkwesties.
Hierop vroeg Xanthus aan de zanger wat deze nog meer kon waarop deze bescheiden antwoordde
dat hij alles kon. Grammaticus wilde daar natuurlijk niet bij achterblijven en verklaarde
ook alles te kunnen.
En jij? vroeg Xanthus tenslotte aan Esopus. Wat kan jij?
Ik kan niets, heer, antwoordde deze.
Maar heb je dan niets geleerd? vroeg de verbaasde Xanthus na dat antwoord.
Jawel, heer, verklaarde Esopus daarop. Maar deze anderen hebben gezegd,
dat zij alles kunnen en dan blijft er voor mij niets over.

Terug naar de vorige pagina << |