Ingezonden bijdragen van Ruud Jansen

Terug naar de vorige pagina <<

 

 

door Ruud Jansen

DE OUDSTE ? (SCHELDESTRAAT 1945)

Al een tijdje ben ik van plan om een stukje te schrijven over de Scheldestraat zoals ze er omstreeks 1945 moet hebben uitgezien. Wie zat waar in die tijd en welke winkels zijn daar van overgebleven. Een taak die veel moeilijker blijkt te zijn dan ik in eerste instantie vermoedde. Omdat er zoveel veranderd is, omdat m’n geheugen meer gaten vertoont dan voor zo’n opdracht nodig is.
Samen met m’n echtgenote ben ik daarom op een mooie zonnige dag naar de straat toegegaan, met een fototoestel als hulpmiddel. Om een paar woningen te fotograferen voor lezers van Zuidelijke Wandelweg, waarvan de ouders vijftig of meer jaar geleden zijn geëmigreerd. En om wat huisnummers en de huidige winkelstand vast te leggen.
Het fietstochtje vanuit Amstelveen is alleen door het mooie weer al een genoegen en met een zacht windje in de rug arriveren we in een half uurtje waar we zijn moeten.
Om het langvingerig gilde niet in verleiding te brengen besluiten we om de fietsen bij de rijwielzaak te stallen waar m’n fiets onderdak genoot toen ik nog in deze buurt woonde. Tromm dus en hoewel men de naam van dat stuk straat veranderd heeft van Scheldestraat in Europaplein is de zaak nog aanwezig. En gooit meteen hoge ogen als oudste nog aanwezige zaak getuige de in grote letters op de winkelruit aangebrachte tekst dat ze 75 jaar bestaan.

De eigenaar is druk bezig en vertelt me desgevraagd dat hij een echte Tromm is. Zou hij dezelfde zijn als de jeugdige Tromm zijn waarmee ik nog op het landje heb gevoetbald? Ik twijfel en laat het maar zo.
Een veilig plaatsje voor onze fietsen zit er echter niet meer in. Nee, de stalling heeft ie al jaren geleden dicht gedaan. En hij is blij dat ie daar vanaf is.
Vijfenzeventig jaar. Dan moet de oude heer Tromm daar dus in 1931 mee begonnen zijn.
Wij ketenen de fietsen maar met een ketting aan elkaar en wandelen in de richting van het Scheldeplein. Ik probeer me te herinneren wie hier ooit z’n nering dreef maar kom niet verder dan de wijnzaak die echter verdwenen is. Hoeveel jaren is het geleden dat ik daar een Fransman na sluitingstijd heb geassisteerd bij de aankoop van een paar flessen? Dat moet ongeveer in 1950-1951 zijn geweest.


Deze video kunt u alleen met een zg FlashPlayer bekijken

Midden in de week, het was zomer, arriveerden er zo omstreeks een uur of zeven ’s avonds op het land twee auto’s, stationcarmodel, waar vier mensen uit stapten. Ik was met wat vriendjes net een balletje aan het trappen maar nieuwsgierig genoeg om even polshoogte nemen. Het bleken twee Franse echtparen te zijn die naar Noorwegen waren geweest met vakantie wat ook duidelijk bleek uit de geweien die ze op de imperial van de auto meevoerden. En omdat ze moe waren van het rijden hadden ze besloten om hun tent op het landje neer te zetten en daar de nacht door te brengen. Wij vonden het prachtig en maakten gebruik van de geboden gelegenheid om ons Frans te oefenen. Zo kwam het dus dat ik op een gegeven moment de oudste Fransman naar de wijnwinkel begeleidde om hem te assisteren bij de aankoop van een paar flessen rouge.

Maar zoals ik al schreef, de wijnwinkel is verdwenen en heeft samen met wat andere winkels plaatsgemaakt voor een hele serie etalages van Pauw. In m’n herinnering een paar jaar na de oorlog door een paar dames klein begonnen met damesmode en inmiddels uitgegroeid tot een keten van modezaken.
Omdat er verder geen enkele winkel aan vroeger herinnert lopen we door richting Scheldeplein. Het grasveldje in het midden waarop we in mijn jeugd niet mochten voetballen (een keer met een paar andere jongens meegenomen naar het politiebureau vanwege overtreding van dat gebod) is al jaren geleden platgewalst.
Wij vervolgen onze wandeling met een zijuitstapje naar de Geulstraat. Hoe was het ook al weer? Op de hoek zat de juwelier, daarnaast de bakker en de melkboer. Nijvere middenstanders die jaren geleden het loodje hebben gelegd, gone with the wind. Schuin ertegenover, voorbij de ingang van de vroegere Sieberggarage zat vroeger een fietsenstalling. In m’n geheugen zweeft de naam Kuulkers of Kuulkens.
We wandelen terug naar de Scheldestraat. Aan de kant met de oneven nummers is niets meer dat aan vroeger herinnert. Het is hier allemaal horeca wat de klok slaat. Geen banketbakker Verhaak meer en evenmin de groenteman van Leeuwen, het dubbele pand van Simon de Wit en vervolgens de drogist die tevens een bijkantoortje van de PTT dreef. Tot de hoek met de Deurlostraat herinnert alleen de sandwichshop van Sal Meijer aan bakker van Zanten die er ooit zat.
Maar verder wandelend ontdek ik tot m’n genoegen dat het café op de hoek met de Churchillaan er nog steeds zit. En die gooit hoge ogen als oudste zaak want op de website van het Gemeentearchief ontdek ik in de Beeldbank dat er ook in 1932 al een café zat. Cafe-Billard van meneer H. van Beeren, die onder telefoonnummer 28350 te bereiken was.
De huidige halte van lijn 25 richting stad lag toen tegenover het café. Dat kwam omdat de tram in die jaren tegen de richting van het overige verkeer in reed.
Tretsom aan de overzijde zit al geruime tijd op de hoek maar is toch nog betrekkelijk jong. In dat pand zat namelijk na de oorlog nog geruime tijd de kruidenierszaak van de Gruyter. Als ik “en betere waar en 10 procent alleen de Gruyter” schrijf weten alle ouderen precies wat ik bedoel. Nog zie ik de stapeltjes oranjegekleurde kassabonnetjes, waarop bij inlevering over elk totaal van tien gulden een gulden werd uitgekeerd.

Maar het concern van die naam heeft de komst van de moderne supermarkten niet overleefd. De winkels met hun fraaie tegeltableaus zijn verdwenen.
Tegenover de Gruyter, aan de even genummerde kant, zat in die tijd Jamin. Ik weet nog goed dat we daar ijs kochten dat we vervolgens gezeten op de schuilkelder in de middenberm, opaten.
Die schuilkelder moest al kort na de oorlog verdwijnen, Jamin hield het wat langer uit maar moest toch ook plaats maken voor de fotozaak van Capi-Lux. Ook die heeft het niet kunnen bolwerken en nu zit er een makelaarskantoor.
Het korte stukje tot de brug houden we daarna voor gezien. Misschien ten onrechte maar de maag begint te knorren. We gaan weer terug richting Scheldeplein.

Even krijg ik de indruk dat de even zijde hetzelfde beeld vertoont als de andere zijde. Wijnhandel Levin op de hoek van de Deurlostraat is verdwenen maar dan zie ik tot m’n vreugde dat Venetië op nummer 68 er nog is. Niet de oudste, ze kwamen pas in 47- 48 maar dat levert toch al een mooie leeftijd op. En de fietsenwinkel op nummer 66 is er ook nog. Die is zeker oud want op foto’s op de beeldbank ontdek ik dat Piet Dickentman daar al in 1932 rijwielen verkocht. Maar de naam van de zaak is gewijzigd en hij voldoet dus niet helemaal aan de voorwaarden. En dan is er natuurlijk de zaak van Minne Sluiter. Er zijn jammer genoeg geen oude foto’s waarop dit huisnummer voorkomt. Op nummer 68 zat in 1930 een kruidenierswinkel en op 60 de banketbakkerij van FJ Muller.

Tot de hoek met het Scheldeplein doet alleen een van de bloemenzaken me aan de winkels in 1945 denken. Maar daar zit dan nog steeds in al zijn glorie Café the Corner, zaak van het eerste uur zoals de plaatjes uit 1932 laten zien. Wat ik wel aardig vind is dat de naam is veranderd. In die tijd heette het namelijk café de Hoek.
In de oorlog zat op 112, naast the Corner, een bakkerswinkel waarvan beweerd werd dat de eigenares met de Duitsers sympathiseerde. Na de bevrijding kwam er een nieuwe bakker die begin vijftiger jaren het brood er uit gooide en de winkel ombouwde tot een snackbar. De eerste eettent in de Scheldestraat.

De Thai Foodzaak die er nu zit, heeft nog andere voorgangers gehad waaronder in 1932 een kapper. Overigens waren er tussen nummer 100 en ongeveer 80 in die tijd nog geen winkels aanwezig en bestond dat stuk uit normale benedenwoningen.
Ik vind het daarna eigenlijk wel voldoende. Tijd voor een biertje en een broodje in het restaurant tegenover de Corner, aan de oneven zijde van de Scheldestraat. Vlak bij het huis waar ik zeventien jaar heb gewoond.
Tegenover me op de hoek ligt nummer 116. Volgens mij kwam daar einde veertiger jaren Kees Otten wonen, op de derde etage. Deze bekende fluitist verhuisde later naar de Geulstraat. Lijkt me aardig om te weten voor z’n zoon die een tijd geleden in de Libelle over z’n jeugd vertelde, ondermeer dat ze in de Geulstraat woonden, maar dat hij het nummer van de Scheldestraat niet meer wist.
En de winnaar van mijn minionderzoek, de oudste winkel? Met nog steeds dezelfde eigenaar of in ieder geval een van z’n nakomelingen? Wie is dat geworden?
Ik houd het voorlopig maar even op Tromm. Ben benieuwd of ik door een van de andere zaken tot de orde wordt geroepen.
Ruud Jansen

Ruud Jansen, 15 mei 2006 - e-mail: ruudenlia@wanadoo.nl

<< index Ruud Jansen

Terug naar de vorige pagina <<