Vakantie
Ondanks dat het
nog vroeg in het jaar is, worden al de plannen gesmeed voor
de zomervakanties. Brochures worden gehaald bij de diverse
reisbureaus, terwijl via de P.C. de nodige aanvullende
informatie wordt gehaald.
Hierop maken mijn kinderen geen uitzondering en toen ik
hoorde dat er plannen gemaakt werden om de zomer in 'n warm
land door te brengen, gingen mijn gedachten terug naar mijn
eerste vakantie, die na de oorlog in 1947 plaats vond.
De zomermaanden in 1947 zijn buitensporig warm, er heerst
zelfs 'n langdurige hittegolf, waardoor de zomervakantie en
het verblijf in de stad bijna ondraaglijk wordt. Op het
laatste moment weten mijn ouders het nog voor elkaar te
krijgen om een maand te boeken in Hotel "de Schelp" in
Zandvoort. Mijn vader zou gewoon naar zijn werk gaan, maar
mijn moeder, broertje en ik, zouden aan het strand
verkoeling zoeken. Op zaterdagavond
zou de familie compleet zijn in het hotel, want dan zou mijn
vader komen, tot maandagavond.
Vergeten werden de Berlageschool, de speeltuin aan de
Gaaspstraat, of zoals sommigen zeggen aan de Lekstraat, de
vriendjes in de buurt en Amsterdam, want 'n nieuw avontuur
begon voor ons te gloren in Zandvoort aan Zee.
'n Taxi was geregeld om ons, vanuit de Vechtstraat, naar
Zandvoort te brengen. De auto werd vol geladen met allerlei
strand attributen en de nodige kleding en onder luidgezang
van, "we gaan naar Zandvoort, al aan de zee, we nemen
broodjes en koekjes mee", gingen we op weg. We zijn bij de
brug in Halfweg, toen nog 'n soort ijzeren Baileybrug, of we
horen 'n luide knal, lekke achterband. Iedereen uit de taxi
en in het café annex restaurant wat daar was, keken we,
onder het genot van 'n frisse dronk, met belangstelling toe
hoe de chauffeur de band verwisselde, wat hem uiteindelijk
lukte na de nodige vloeken aan het adres van de maker van de
auto, wat in dit geval betekende dat Mijnheer Ford de
schuldige was van het ongemak. Allemaal weer instappen om
onze route te vervolgen, wat lukte. Maar na hoogstens een
kilometer, voorbij de suikerfabriek, moesten we al weer
stoppen bijna tegenover de vaten fabriek van Phoenix. (Al 'n
vat, kist, of krat, van de Phoenix gehad ?) Weer werd er 'n
luide knal gehoord, maar nu was het de beurt van
de voorband
dat het liet afweten. Het zelfde ritueel volgde als daar
voor, alleen met dit verschil, dat er geen reserve band meer
was, waardoor de beste man, na het wiel er af gehaald te
hebben, terug moest lopen naar Halfweg om daar in 'n garage
de band te laten plakken, en wij langs de kant van de weg in
het gras moesten wachten. Als echte Amsterdammer keerde hij,
na ruim drie kwartier, luid vloekend terug, zodat buiten Mr.
Ford nu ook de banden fabrikant aan de beurt was en
volgens de uitspraken van de hevig hijgende en
transpirerende man deze zijn plaats in het hiernamaals wel
kon bestellen, evenals de vele niet nader te omschrijvende
personen. Het was niet te geloven, maar de
derde lekke band was in Haarlem, gelukkig voor de
chauffeur schuin tegenover 'n garage. Toen we onze weg
vervolgden, werd er niet meer gezongen of zelfs maar
gesproken, muisstil en weggedoken zaten we op de achterbank,
want we waren bang dat de chauffeur ons er bij het minste of
geringste geluid uit zou gooien, althans zo aan de
uitdrukking van zijn gezicht te zien en dat risico wilden we
niet nemen. Zonder verdere complicaties zijn we bij het
hotel aangekomen.
De tweede tegenslag kwam na een week.
Die morgen waren wij om half tien aan het strand en de
temperatuur was toen al tegen de 30 graden. Op het strand
aangekomen nam mijn moeder 'n ligstoel en wij waren al
spoedig met vriendjes aan het spelen en vergaten de wereld
om ons heen. Af en toe kwamen we even terug om wat snoepjes
te halen, maar moeder lag rustig te slapen en om haar niet
te storen namen we de rode, gele en witte, op frambozen
lijkende zure snoepjes maar zelf, zodat het begrip van
zelfbediening ons al vroeg bekend was. Toen wij tegen vier
uur eindelijk terug gingen, om geld voor 'n ijsje te vragen,
bleek dat moeder ook de wereld om haar heen vergeten was en
nog steeds lag te slapen, waardoor ze alles bij elkaar
opgeteld, zo'n vijf uur in de hete zon had liggen braden.
Met derde
graad verbrandingen heeft zij de rest van de vakantie op de
hotelkamer, onder de brandzalf, verbandgaasjes en de nodige
pijnen, noodgedwongen moeten doorbrengen.
Zo was mijn eerste vakantie in ons nog jonge leven.
Max.C.van.der.Glas.
februari 2008
|